zondag 17 januari 2016

Suriname de tweede veertien dagen

Na 14 dagen gaan we naar een ander verblijf. Het is een klein huisje in Domburg dicht bij de haven. Het ligt aan de Surinamerivier. Hier staan veel minder huizen en is er veel meer bebossing. Vroeg in de morgen worden we gewekt door het gebrul van de apen. We zien grote kikkers en hagedissen langs het terras lopen. Regelmatig komen er grote en kleine vrachtschepen langs varen. Korjalen met toeristen en vissers ontbreken ook niet. Door het tropisch regenwoud drijven er in de rivier ook eilandjes van planten of bomen die met de stroom heen en weer gevoerd worden. Aan de haven is een zwembad waar we gebruik van mogen maken en dus ook geregeld doen aan het eind van een dag.
We bezoeken Libi Makandra waar Bianca vijf jaar geleden zou gaan werken als stage opdracht. Gedurende onze bezoeken aan Paramaribo en Albina rijden we ook lang de kazernes waar ik 42 jaar geleden gelegerd was. Ook gaan we langs het paleis waar ik op wacht heb gestaan. Het wachthokje wordt als zodanig niet meer gebruikt maar we maken er toch maar een foto van samen met mijn kleinzoon.

Domburg het Zandvoort van Suriname. Een groot contrast is het rivier harbour resort en het ernaast gelegen afmeerplaats voor korjalen die dienen als veerboot. Dat alles gescheiden door een hek.
Aan de ene kant van het hek de gewone bevolking luide muziek wachten op de volgende veerboot of terug komend en nog een versnapering nuttigen voordat ze naar huis gaan. Er zijn ook auto's die hun muziek zo luid zetten dat de hele omgeving er plezier van heeft. Ze hebben een installatie in hun auto zitten waar menig discotheek jaloers op is.
Aan de andere kant van het hek een wat luxer restaurant annex bar met zwembad. Hier komen alleen de buitenlanders of Surinamers die Nederlanders op bezoek hebben.
Uiteraard gaan we ook eten bij Rita. Het eethuisje waar alle zeilers komen.

Natuurlijk gaan we ook de jungle in. We boeken dit na telefonisch overleg rechtstreeks via internet. Je kunt het ook laten verzorgen door een organisatiebureau maar die rekenen dezelfde prijs en zetten er hun winst bovenop.
We hebben een huurauto en dus rijden we zelf naar Atjoni. Het begin van de weg, 75 km, is slecht maar de resterende 225 km hebben we een redelijke weg. Atjoni is het eindpunt van de weg en aan weerskanten van de weg staan 10 gebouwen. De weg loopt af in het water en is gelijk de afmeerplaats voor de korjalen. Hier is het een komen en gaan van korjalen en vanaf hier worden alle dorpen aan de rivier bevoorraad. We zien van alles voorbij komen tot matrassen toe.
Wij moeten bootsman Tudi hebben. Na afwijzing van een paar verzoeken of we een bootsman zoeken, komt er iemand naar ons toe die zegt door Tudi gestuurd te zijn om ons op te vangen. Of we even willen wachten in een wachtlokaal. Na drie kwartier komt Tudi en zegt dat we in kunnen stappen. De bagage gaat voorin met een zeil erover.
Dan volgt de tocht met een korjaal. We varen stroomopwaarts en moeten door een stroomversnelling. Het is even spannend maar onze bootsman stuurt de korjaal perfect door de stroomversnelling naar het hogerop gelegen rustige vaarwater. Na totaal een uur gevaren te hebben komen we aan. We zijn met twee meiden van rond de dertig de enige gasten in het resort. Krijgen koffie of thee aangeboden en krijgen uitleg over de mogelijkheden.
Dan wordt ons een hut aangewezen. Een simpele houten blokhut met alleen 3 bedden erin. We hebben ook nog een klein balkon met uitzicht over de rivier en een stroomversnelling. Er wordt gevraagd of we willen zwemmen. Dat zien we wel zitten en na een bevestiging wordt er een boot geregeld. We varen naar de overkant van de rivier en net voor de stroomversnelling kunnen we via een zandbank het water in.
Een keer in de twee dagen gaat de generator voor stroom 2 uurtjes aan. Na de zonsondergang moet je het doen met een petroleumlamp. We gaan nog even rond het kampvuur zitten voordat we moe naar bed gaan. De tweede dag gaan we het dorp in om te zien hoe men hier leeft. Iedereen is wel bezig. De een met een soort volkstuintje. Een plek in het bos dat vrij gemaakt is van planten en bomen. De ander met het maken van dergelijke vrije plek "veldje" in het bos. Dicht bij het dorp mogen de ouderen een "veldje" hebben. De jongere mogen alleen verder van het dorp een "veldje" houden. We hebben geluk want bij drie gezinnen wordt er cassavebrood gemaakt zodat we alle facetten van het productieproces kunnen zien. Het is een zeer arbeids intensief proces.
In de avond gaan we op kaaimannentocht. Met een korjaal in het donker de rivier op. Respect voor de bestuurder om in het donker de rotsen en ondieptes te vermijden.
Het douche water wordt opgepompt uit de rivier en spoelt na gebruik van de douche weer terug de rivier in. De derde dag gaan we een nabij gelegen dorp bekijken. Een wandeltocht van ongeveer drie kwartier via een pad door de bossen. Op onze laatste avond komen 6 mannen een zang en trommelconcert geven. De allerjongste uit het dorp zijn er ook en dansen rond het kampvuur. Na enkele nummers worden onze handen gepakt en moeten we meedoen.
Op dag vier gaan we terug. Tudi onze schipper is er al om half negen maar eer we kunnen vertrekken in verband met het ontbijt is het negen uur. Tot ontevredenheid van enkele reeds in de korjaal zittende mede passagiers. De verloren tijd moet ingehaald worden want het lijkt wel een raceboot. Bij de stroomversnelling scheppen we water. Dit water verdwijnt gelijk in de "bilg" onder de planken vloer.
Dan hebben we nog enkele dagen voor de boeg en brengen die door met het liggen aan het zwembad en winkelen in Paramaribo.
We vliegen terug naar Schiphol. Als we terug zijn krijgen we van de tuinman een berichtje dat hij drie weken eerder komt. De renovatie van de tuin komt nu in een stroomversnelling. De komende weken is er meer dan genoeg werk.